Opdrachten 4des

Opdrachten Nederlands 4des (2015-2016)

Sessie 1: Leren presentaties geven

Voor de presentatie van je non-fictieboek heb je de keuze tussen een prezi of een powerpoint. Vandaag maak je kennis met wat Prezi is. Kort gezegd is Prezi gratis online software waarmee je een bewegende presentatie kunt maken. Je kunt die dan downloaden op een usb-stick om die waar dan ook te laten zien.

Hou rekening met deze tips voor zowel Prezi's als powerpoints:

  1. Op de eerste slide staat de titel van je presentatie en je naam.
  2. Zorg voor een duidelijke structuur met titels of hoofdstukken in Powerpoint en met een overzichtsbeeld van alle slides in Prezi. In een Prezi doe je dat door met verzamelingen te werken.
  3. Een presentatie is geen autocue. Werk met kernwoorden en schrijf niet in volle zinnen tenzij als het voor quizvragen is of voor citaten.
  4. Je presentatie dient als ondersteuning voor jouw publiek maar niet voor jou. Laat bijvoorbeeld schema's en beeldmateriaal zien, maar schrijf niet alles woord voor woord op wat je gaat vertellen. Anders zal je publiek in slaap vallen.
  5. Zorg voor beeldmateriaal. Dat houdt je publiek wakker.
  6. Beperk de hoeveelheid tekst per slide.
  7. Hou de special effects beperkt in Powerpoint, zeker de geluidseffecten.
  8. Zorg ervoor in Prezi dat slides niet overlappen.
  9. Een Prezi is knap wanneer de vorm past bij het onderwerp.

 

Bekijk nu enkele voorbeelden van Prezi's.

Ga nu aan de slag met Prezi. Surf naar https://prezi.com/support/ en bekijk de Prezi "Get started with Prezi" door op de playknop telkens te klikken. Bekijk nog enkel extra filmpjes bij Prezi Basics.

Klik op Sign up om een gratis account aan te vragen zodat je aan de slag kunt.

Maak nu per twee een eigen prezi. Lees hieronder de concrete opdracht:

Werk per twee. Maak een Prezi over een van je favoriete muziekgroepen of zanger(es). Zorg voor minimaal zes slides. Experimenteer met verschillende bewegingen. Werk met veel beeldmateriaal. Stuur op het einde van de les je link naar mij door.

 

Sessie 2: Werkwoorden

Los de volgende oefenreeks op. Klik niet zelf op "Antwoorden controleren". Ik zal dat steeds doen als ik je score kom opschrijven. Je mag gebruik maken van bronnen op het internet.

  1. Oefening 1: O.T.T.

  2. Oefening 2: O.V.T.

  3. Oefening 3: Voltooid deelwoord

  4. Oefening 4: Alles door elkaar

  5. Oefening 5: Alles door elkaar

  6. Oefening 6: Sterke en zwakke werkwoorden

  7. Oefening 7: Werkwoorden uit het Engels 1

  8. Oefening 8: Werkwoorden uit het Engels 2

  9. Oefening 9: Alles door elkaar

 

Sessie 14: Bepaal je taalniveau

Wat is je taalnivveau? Maak de volgende zelftests en kom het te weten. Laat je score telkens zien.

De scores van de testen tellen NIET mee. Ze moeten je enkel helpen om je parate kennis van het Nederlands te evalueren. Aangezien het om je parate kennis gaat, mag je niks opzoeken.

Sessie 3: Gemeenteraadsverkiezingen

Doe de Sociale Stemtest voor de gemeenteraadsverkiezingen van 2012. Bekijk je resultaat kritisch! Hier is de link: http://www.socialestemtest.be/
Doe de stemtest van VTM / "Het Nieuwsblad": "De Stem van Vlaanderen". Hier is de link: http://destemvanvlaanderen.vtm.be/svv2012/rest/vote/welcome

Beantwoord in een korte tekst van minimaal 20 - 25 regels (vermeld eerst je naam, je klas, en de datum) de volgende vragen:
a. Kwam het stemadvies steeds overeen met de politieke partij die jij verwacht had?
b. Waren er verschillen tussen het stemadvies van de twee stemtesten? Wat besluit je daaruit? Hoe zou dat komen?
c. Welke stemtest vond je het beste systeem? Leg uit waarom.
d. Wat vind je van het systeem van stemtesten in het algemeen? Leg uit waarom.

Sla deze tekst op en stuur die op het einde van de les door naar mij.

 

 

Sessie 4: Molsbroekverslag voorbereiden

Over de excursie naar Molsbroek zullen jullie een wetenschappelijk verslag moeten schrijven. Het speciale aan een wetenschappelijk verslag is dat de vorm volledig vastligt. De stijl is droog en zakelijk. Alle voorschriften staan in de Taalnota. Hierin staat precies uitgelegd hoe de vorm van jullie Molsbroekverslag eruit moet zien.

Als oefening moeten jullie per twee een fictief verslag 'opkuisen'. Klik hier om dit verslag te downloaden. Kopieer dit verslag naar Word zodat je het kunt bewerken en sla het op met jullie eigen twee namen in vermeld. Je moet ervoor zorgen dat de lay-out van dit verslag overeenstemt met wat in de Taalnota staat. Jullie eigen verslag zal ook conform deze normen moeten zijn. Op het einde van de les moeten jullie dit verbeterde verslag naar mij doorsturen (koen.vancauwenberge @ hemaco.be)..

Gebruik de volgende link met handleidingen voor Word 2010: http://www.projectx2002.org/main.php?main=nederlands&pagina=schrijfvaardigheid

Let op de volgende zaken als je het verslag begint te verbeteren:

  1. Controleer met de Taalnota de titelpagina en plaats hier jullie eigen namen.
  2. Controleer met de Taalnota de interlinie. Klik hier voor een handleiding voor Word 2003 als je niet weet hoe je dat moet doen. Klik hier voor een handleiding voor Word 2007.
  3. Controleer met de Taalnota de nummering van de titels en subtitels.
  4. Controleer met de Taalnota de lay-out van de titels en werk met Koppen in WordKlik hier voor een handleiding voor Word 2003 als je niet zou weten hoe je dat moet doen. Klik hier voor een handleiding voor Word 2007.
  5. Controleer met de Taalnota de paginanummers.
  6. Controleer met de Taalnota de uitlijning van de titels en de tekst.
  7. Controleer met de Taalnota de gekozen lettertypes.
  8. Vervang de huidige Inhoudsopgave door een nieuwe Inhoudsopgave die je automatisch door Word laat aanmaken.  Klik hier voor een handleiding voor Word 2003 als je niet weet hoe je dat moet doen. Klik hier voor een handleiding als je al met Word 2007 zou werken. Of gebruik de volgende link met handleidingen voor Word 2010: http://www.projectx2002.org/main.php?main=nederlands&pagina=schrijfvaardigheid.
  9. Controleer de bronvermelding van alle afbeeldingen.
  10. Controleer de Bronvermelding op het einde van het document.

Het enige wat je NIET moet aanpassen, is de tekst onder de (sub)titels.

Veel sterkte met deze moeilijke opdracht!

 

 

Sessie 5: Poëzieproject Mijn land

De gedichten die jullie zullen schrijven, staan niet op punten maar wie de opdracht niet maakt, zal een opdracht krijgen die lastiger is wel op punten staat. Hier volgt nog eens de opdracht in detail.

  • Begin met Word open te zetten.
  • Schrijf per twee of alleen één parodie (pas daarvoor een bekende tekst aan, bv. een stuk uit een lied of een bekend gedicht) die gaat over een gebeurtenis uit de actualiteit.
  • Schrijf per twee of alleen één gedicht met als onderwerp "Mijn land".

Op het einde van de les moet alles klaar zijn. Gebruik op het einde van de les dit formulier om jullie twee gedichten door te sturen.

 

Hier zijn enkele schrijftips:

  • Gebruik beelden om uit te drukken wat je bedoelt.
  • Werk aan de vorm door stijlfiguren te gebruiken zoals tegenstellingen, paradoxen, enzovoort.
  • Werk aan de vorm door rijm te gebruiken zoals alliteratie en assonantie. Eindrijm mag, maar is zeker niet verplicht.
  • Als je geen inspiratie hebt, maak dan eerst een woordketting en gebruik die woorden als basis voor een gedicht.
  • Schrijven is schrappen, zeker in poëzie. Zeg meer met minder! Schrap alle woorden die overbodig zijn in je gedicht.

 

Klik hier voor enkele voorbeelden van gedichten en songs over Vlaanderen en over België.

 

 

Sessie 6: Woordvorming

Maak de volgende oefeningen en laat te oplossing steeds aan mij zien. Lees eerst hier de theorie, wat je kan helpen bij de oefeningen.

  1. Oefening op woordvorming
  2. Oefening op Latijnse en Griekse elementen in het Nederlands deel 1
  3. Oefening op Latijnse en Griekse elementen in het Nederlands deel 2
  4. Oefening op Latijnse en Griekse elementen in het Nederlands deel 3
  5. Oefening op Latijnse en Griekse elementen in het Nederlands deel 4

Sessie 7: De romantiek als stroming

Romantiek

OPDRACHT 1: Doe eerst de romantiekquiz en kom te weten hoe hoog jouw negentiende - eeuwse gehalte is als romanticus of romantica. Je moet de vragen niet juist proberen beantwoorden, maar voor jezelf want het is een persoonlijkheidstest. Klik hier voor deze quiz. Klik hier voor een interpretatie van je score

OPDRACHT 2: Hier is een lijst van kenmerken van de periode van de romantiek uit de negentiende eeuw.

De romantiek ontstond als kunststroming eind 18de eeuw in Duitsland. Het verspreidde zich vandaar naar Engeland en later naar de rest van Europa. Veel ideeën die we nu als vanzelfsprekend ervaren of als clichés zien, zijn toen pas ontstaan, zoals bijvoorbeeld het idee dat een kunstwerk origineel moet zijn. Daarvoor was het nabootsen van de Klassieken op zich al verdienstelijk.

Romantici delen de volgende ideeën:

  1. Kunst wordt een middel om je eigen ervaringen uit te drukken.
  2. De traditie mag dat niet in de weg staan.  Schrijvers moeten daarom niet meer slaafs de grote klassieke voorbeelden volgen, maar moeten boven alles origineel zijn.  Romantische dichters bijvoorbeeld gebruikten niet meer de bestaande dichtvormen zoals het sonnet, maar zochten naar nieuwe dichtvormen.
  3. Als kunstenaar moet hij ook rebelleren tegen alle gevestigde waarden en conventies om ongebreideld zichzelf te kunnen zijn.
  4. Een romanticus leeft in onmin met de moderne wereld en met zichzelf.  Hij voelt zich niet thuis in het leven.  Het gevoel dat hij lijdt in deze wereld, heet Weltschmerz.  Alles wat anders is, zoals andere culturen, het verleden, enz. lijkt hem altijd beter te zijn.
  5. Daarom vlucht hij weg uit de grauwe realiteit.  Het willen wegvluchten uit de werkelijkheid heet escapisme.  Er zijn nu verschillende mogelijkheden om dat te doen:
    1. in dromen;
    2. in een droomwereld via drugs;
    3. in een geïdealiseerd nationaal verleden, wat leidde tot een opbloei van de historische roman en een stijgende belangstelling voor folklore of volkscultuur waardoor de gebroeders Grimm bijvoorbeeld volkssprookjes gingen opschrijven;
    4. in andere, vooral exotische en primitieve culturen die hij idealiseert;
    5. in de natuur van wie hij de schoonheid bezingt en die hij verheerlijkt;
    6. in (vreemde) godsdienst(en) en alles wat mystiek is;
    7. in de dood (een obsessie met sterven en zelfmoord plegen).
  6. Fantasie vindt een romanticus veel belangrijker dan gezond verstand.  Kunst mag dus zeker niet realistisch zijn.  De werkelijkheid is te lelijk om na te bootsen.
  7. Hij heeft aandacht voor zijn gevoelens, die steeds extreem zijn.
  8. De kunstenaar is niet langer een vakman, maar ziet zichzelf als een genie.
  9. In de Engelse romantiek schreven  kunstenaars graag over alle extreme vormen van de menselijke natuur en alles wat bovennatuurlijk is, wat leidde tot het ontstaan van het horrorverhaal.

Zoek voor een ieder kenmerk een hedendaags voorbeeld. Dat kan een hedendaagse film zijn, een boek, een zanger, een hobby, een interesse, een muziektekst, een politieke beweging, een subcultuur, enzovoort zijn. Leg telkens het verband uit tussen jouw voorbeeld en een kenmerk van de romantiek. Verzend die bespreking in een mail naar mail. Vermeld in je mail met wie je samengewerkt hebt en stuur de mail ook naar jezelf.

 

 

Sessie 8: Een leesbiografie schrijven

Schrijf een leesbiografie. Gebruik hiervoor het bestand in bijlage zodat je de juiste titels hebt. De lengte is 900 woorden. Als je met Word werkt, kun je het aantal woorden in je document automatisch laten tellen via 'Extra' en dan 'Woorden tellen'. Je schrijft over al de boeken die je ooit al gelezen hebt en die op jou een blijvende indruk hebben gemaakt. Je mag echt over alle mogelijke soorten boeken schrijven die je bijgebleven zijn. Dus niet alleen romans, maar ook kinderboekjes die je ouders nog aan jou voorgelezen hebben. Ook over strips die je goed vindt, mag je het hebben en over non-fictieboeken. Het gemakkelijkste is dat je chronologisch te werk gaat ofwel per genre.

Hier zijn de vereisten voor je tekst:

  • een vlotte inleiding met een aandachtstrekker en een aankondiging van wat in je tekt komen zal;
  • alinea's;
  • tussentitels (misschien het makkelijkste per periode);
  • een conclusie waarin je beschrijft wat voor jou het ideale boek is en waarom;
  • illustraties maar zorg ervoor dat ze niet te groot zijn en maximum drie per pagina;
  • gebruik het volgende bestand om je taak te maken: klik hier om te beginnen;
  • begin met dit bestand op te slaan;
  • op het einde van de les moet je alles doorsturen naar koenvancauwenberge @ skynet.be en naar je eigen mailadres.

Deze les moet je minstens 400 WOORDEN hebben. De volgende les krijg je nog een half lesuur om je tekst af te werken.

Wie aan acute amnesia lijdt, kan altijd eens een kijkje nemen op http://www.andrenuyens.nl/favoriet.php.

 

 

Sessie 9: Strips

g

(1.) Steekproef

De volgende oefeningen zijn een steekproef naar hoe het gesteld is met de kennis van strips in de klas. Je mag niks opzoeken en de resultaten van iedere oefening telt niet mee. Je moet wel iedere oefening maken en telkens het resultaat laten zien.

  1. Strips herkennen: http://www.projectx2002.org/inferno/strips_herkennen.htm

 

(2.) Voor de ware stripfanaat

  1. Quiz voor stripfanaten: http://www.projectx2002.org/inferno/quiz_stripfanaten.htm Deze quiz telt wel mee en je mag hiervoor uitgebreid zoeken op het internet. Laat je resultaat opschrijven.
  2. Ben je nog wel mee? Test het in deze quiz over de graphic novel.

 

(3.) Specialisatie

Kies ofwel twee oefeningen op Urbanus ofwel de beroemde maar beruchte oefening op de namen van de Smurfen, ofwel twee oefeningen met alle strips door elkaar.

s u d

Quiz 1: Personages

Quiz 2: Algemeen

Quiz 1: Dieren

Quiz 2: Bijrollen

Sessie 10: Kruiswoordraadsels maken

Vandaag moeten jullie kruiswoordraadsels maken die gaan over moeilijke woorden uit de krant. Maak hiervoor gebruik van de volgende website: http://www.discoveryeducation.com/free-puzzlemaker/.

Klik hier voor je stappenplan en het bestand dat je op het einde van de les naar mij moet doorsturen.

 

Sessie 11: Bronvermelding en woordvorming

OPDRACHT 1:

Klik hier om de eerste opdracht voor dit lesuur tot een goed einde te brengen.

OPDRACHT 2:

Maak de volgende oefeningen en laat te oplossing steeds aan mij zien. Lees hier de theorie, wat je kan helpen bij de oefeningen.

  1. Ontdek de verschillende woordvormingsprocédés in  oefening 1.
  2. Klik het juiste procédé aan voor ieder woord in oefening 2.
  3. Oefening 3.

 

 

Sessie 12: Opdracht taalzorg

Vandaag moet je taalproblemen oplossen met behulp van het internet. Je werkt per twee en op één computer. Klik hier om jullie taak te downloaden.

 

 

 

Sessie 13: De sollicitatiebrief

Open eerst een document in Word. Schrijf in de koptekst: je naam, je klasnummer, je klas en de titel "Taak 2 Nederlands: De sollicitatiebrief".

Schrijf dan een sollicitatiebrief om deel te nemen aan een van de volgende televisieprogramma's:

VT4 - De Jeugd van Tegenwoordig
PB 200
1930 Zaventem
 

VTM - The Beauty and the Nerd
Medialaan 1
1800 Vilvoorde
 

Kanaal 2 - Expeditie Robinson
Postbus 1002
1800 Vilvoorde

 

VT4 - Temptation Island
Postbus 200
1930 Zaventem

 

1. VORM

Je brief moet eruitzien als een ZAKELIJKE BRIEF en alle BIN-normen beantwoorden.

  • Klik hier om te weten hoe een zakelijke brief eruit moet zien.
  • Lees hieronder wat uitleg over de BIN-normen. Ze bepaken hoe je bijvoorbeeld correct met leestekens werkt. Een driehoekje komt overeen met een lege spatie.

bin

2. INHOUD

Je sollicitatiebrief moet de volgende OPBOUW hebben:

1.) In de eerste alinea zeg je kort waarvoor je solliciteert en waar je de advertentie (verzin iets) zag.

2.) In de tweede alinea leg je uit waarom je graag aan het programma zou deelnemen.

3.) In de derde alinea geef je allemaal argumenten waarom jij een geschikte kandidaat voor het programma zou zijn. Probeer zoveel mogelijk eigenschappen van jezelf, hobby's, ervaringen, enzovoort te geven die van jou een goede kandidaat maken.

Probeer je eigenschappen te bewijzen met je hobby's en interesses. Je schrijft bijvoorbeeld dat je sociaal vaardig bent want je speelt volleybal en dat is een teamsport. Geef ook enkele referenties. Referenties zijn de telefoonnummers van personen die jou kunnen aanbevelen en die kunnen staven wat je over jezelf schrijft. Vermeld steeds waarvoor ze je referentie kunnen contacteren en wat de relatie tussen jou en de referentiepersoon is. Mocht je brief echt zijn, spreekt het vanzelf dat je een referentiepersoon moet vragen of hij of zij jou wel zou willen aanbevelen.

4.) In de slotalinea vermeld je ten slotte kort dat je hoopt geselecteerd te worden en dat je steeds bereid bent om je sollicitatie verder toe te lichten in een gesprek.

Gebruik je echte naam, maar je mag voor de rest van alles over jezelf verzinnen! Ook je leeftijd enzovoort mag je veranderen.

3. DEADLINE

Wie op het einde zijn brief naar koen.vancauwenberge @ hemaco.be doorstuurt, krijgt 10% bij. De anderen moeten de brief op dinsdag 28 september afgedrukt in de klas afgeven. Mail, als je nog niet klaar zou zijn, je brief naar een van je eigen mailadressen (via Hotmail of Gmail) zodat je er thuis verder aan kunt werken.


Veel succces!

 

 

 

 

 

 

Last update 12.11.2015

Copyright 2005 All rights reserved: Project X 2002 Koen Van Cauwenberge